Wijzigingen Beleidsbundel en Letsellijst per 1 juli 2024
Op 1 juli 2024 zijn de nieuwe Beleidsbundel en de Letsellijst gepubliceerd op de website van het Schadefonds Geweldsmisdrijven. Graag informeert het Schadefonds je hieronder over de wijzigingen in beide documenten.
Wijzigingen beleidsbundel:
1.1.3 Zedenmisdrijven
Op 1 juli 2024 gaat de nieuwe Wet Seksuele Misdrijven in. Als gevolg van de wijzigingen in de zedenwet zal de potentiële doelgroep van het Schadefonds Geweldsmisdrijven worden uitgebreid met de opzet en schuldvarianten van aanrandingen en verkrachtingen. Meer situaties zullen onder de reikwijdte van het Schadefonds vallen. Om van verkrachting of aanranding te kunnen spreken is het niet langer noodzakelijk dat er sprake is van dwang, geweld of bedreiging met geweld. Dit geldt voor verkrachtingen en aanrandingen die zijn gepleegd op of na 1 juli 2024. Deze wijzigingen zijn verwerkt in de nieuwe beleidsbundel.
1.2.3 Vooronderstellen van ernstig letsel
Er zijn wijzigingen aangebracht bij het vooronderstellen van ernstig letsel. We vooronderstellen geen ernstig letsel meer in gevallen van eenmalige aanrandingen en online zedenmisdrijven. Daarnaast kennen we bij rechtstreekse bedreigingen, overvallen in de woning, brandstichtingen/ontploffingen vanaf 1 juli 2024 geen letselcategorie 2 of letselcategorie 3 meer toe. Wel kennen we nog letselcategorie 1 toe wanneer er sprake is van bovengenoemde misdrijven gepleegd onder verzwarende omstandigheden. Denk daarbij aan een rechtstreekse bedreiging met een mes die gepaard gaat met een langdurige vrijheidsberoving. Of een ontploffing waarbij het slachtoffer gered moest worden door de brandweer.
Wanneer het slachtoffer minderjarig is, zien we dat ook als een verzwarende omstandigheid en vooronderstellen ernstig letsel. Bij waarneming van huiselijk geweld vooronderstellen we niet meer bij alleen zeer jeugdigen slachtoffers (tot 12 jaar), maar bij minderjarigen (tot 18 jaar).
Ontploffing is toegevoegd als geweldsmisdrijf
Ontploffingen worden nu steeds vaker gebruikt als dreigmiddel. We zien dat er regelmatig vergisaanslagen zijn en de politie dit vrij snel kan bevestigen. Voorheen waren dit soort gevallen vandalisme. Dat is nu niet meer aan de orde. Gelet hierop zijn ontploffingen nu ook als geweldsmisdrijf (285 Sr) opgenomen in de beleidsbundel. Verder is er aansluiting gezocht bij de definitie van brandstichting van het wetsartikel 157 Sr.[1].
E.2 Tekstuele aanpassing DLO (derving van levensonderhoud)
Hier komt een extra vereiste bij kijken met betrekking tot de inkomsten van de achtergebleven partner bij het meerderjarige, studerende kind te laten vallen, zodat hiervoor dezelfde eisen gelden als bij het minderjarige kind. Consequentie hiervan is dus ook dat studerende kinderen van niet gescheiden ouders sneller in aanmerking zullen komen voor een uitkering, al is het dan wel de helft van het voorgeschreven bedrag, dus € 750.
Ook stuurde de oude tekst erg aan op de situatie waarin de ouders nog samen waren, gelet op de term “kostwinner”. Dit is nu anders geformuleerd.
Wijzigingen letsellijst:
Beschrijvingen bij letselcategorieën aangescherpt
De beschrijving “gedurende een langere periode stelselmatig gebeurd” is aangescherpt.
Nadere invulling afhankelijkheid
De term ‘afhankelijkheid’ was in de vorige letsellijst summier uitgelegd. Daar is nu meer invulling aan gegeven.
Overgangsbeleid
Het beleid dat is neergelegd in de nieuwe beleidsbundel en letsellijst is van toepassing op aanvragen die op of na 1 juli 2024 zijn ingediend, ongeacht de misdrijfdatum. Oftewel, de indieningsdatum van de aanvraag is leidend voor welke beleidsbundel en welke letsellijst van toepassing is bij de beoordeling van die aanvraag. Daarbij geldt wel dat wanneer bij aanvragen van voor 1 juli 2024 blijkt dat de letsellijst en beleidsbundel van 1 juli 2024 gunstiger is voor de aanvrager, deze versie dient te worden toegepast. Dit geldt niet voor zedenmisdrijven. Hier is het misdrijfdatum leidend om te bepalen onder welke zedenwetgeving de aanvraag valt.
Ook geldt dit niet voor bezwaar. De beleidsbundel en letsellijst die gelden ten tijde van het nemen van de beslissing op bezwaar zijn dan van toepassing, tenzij dit een verslechtering zou betekenen voor de aanvrager ten opzichte van de eerdere beslissing en het op dat moment geldende beleid.
